Een gezonde plant begint natuurlijk bij een gezonde start. Ga je een plant kopen, check dan altijd in de winkel of hij gezond is. Zonde als je een zieke plant koopt. Hoe check je de gezondheid van de plant? Let op gele bladeren, bruine randjes, slappe stengels en ongewenste gasten. Is daar allemaal geen sprake van en staat de plant trots overeind? Dan kun je er vanuit aan dat hij gezond is en dat ook zal blijven. Mits jij 'm goed verzorgt, natuurlijk.
Verpotten
Het is belangrijk dat jij je nieuwe plant na aankoop snel overpot naar zijn nieuwe thuis. Dit omdat de wortels meer ruimte krijgen om te nestelen en de plant daardoor kan groeien. Let goed op het soort aarde dat je gebruikt. Een cactus heeft bijvoorbeeld meer mineralen nodig om te groeien dan andere planten en staat daarom graag in speciale cactusgrond. Twijfel je over de juiste aarde voor jouw plant? Vraag dan om advies aan een medewerker van het tuincentrum.
Hoe vaak een plant verpot moet worden, verschilt per plant. Voor de meeste planten is het voldoende om ze één keer in de twee jaar te verhuizen. Ga je verpotten, kies dan altijd een pot die minstens 1,5 keer zo groot is als de huidige pot. Haal de plant ook altijd voorzichtig uit zijn huisje: hij heeft al die tijd hard zijn best gedaan om zijn wortels stevig in de aarde te kronkelen en je wilt er natuurlijk geen een afbreken.
Water
De belangrijkste voorwaarde om jouw plant gezond, groeiend en gelukkig te houden, is de juiste hoeveelheid water. Helaas weet je nooit precies hoeveel water een plant nodig heeft, maar gelukkig kan hij wel laten zien hoe hij zich voelt. Zijn sommige bladeren geel? Dan is het 'm vaak te nat. Hebben zijn bladeren bruine randen? Dan krijgt hij juist te weinig water en verdrogen zijn bladeren. Elke plant is anders en heeft ook een andere waterbehoefte. Informeer bij het tuincentrum wat jouw plant het lekkerst vindt. Houd er in ieder geval rekening mee dat planten in de zomer meer water nodig hebben dan in de winter. Ook jonge planten hebben veel water nodig.
Tip: koop een vochtmeter en zet deze in de pot. Kleurt hij rood, dan weet je dat de plant water nodig heeft. Handig!
Verwennen
Ook al zijn het binnenplanten, geen enkele plant houdt van een laag stof op zijn bladeren. Hierdoor kan hij namelijk moeilijker zuurtstof uitstoten, beschadigt hij sneller en ziet hij er bovendien minder mooi uit. Neem daarom een keer in de week met een vochtige doek de bladeren af. Trakteer je planten ook regelmatig op een neveldouche: de bladeren vinden het heerlijk om besproeid te worden, want dat herinnert ze aan de tropische of natuurlijk omgevingen waarin ze oorspronkelijk opgroeien. Sproeien maar!
Help je plant
Tot slot kun je jouw plant ook een steuntje in de rug geven door hem in de zomer af en toe wat voeding te geven. In die periode groeien ze namelijk hard en hoog, en om zichzelf bij te kunnen benen kunnen ze wel wat extra energie gebruiken. Onderzoek vooraf welke voeding jouw plant lekker vindt. Dit kun je online terugvinden op websites van tuincentra of plantenbloggers. Zet je plant ook nooit op een tochtige plek, maar het liefst op een plaats met indirect zonlicht en een constante temperatuur. Dan geniet hij op zijn best. Sommige planten kunnen ook prima een dag in de volle zon staan, maar let dan wel goed op dat hij genoeg water heeft. Anders droogt hij uit en kan hij ziek worden.
Gaat het toch mis?
Niet getreurd! Hoe hard je ook je best doet, jouw plant kan nog steeds ziek worden of zelfs doodgaan. Soms draagt een plant een ziekte die jij niet kunt zien en soms is een plant oud of gewoon op. Verlies niet de moed en begin lekker opnieuw. Planten verzorgen moet je leren en daar is maar één manier voor: door het te doen.