kleuren en vormen
De plant bloeit uitbundig met steeds nieuwe kelken van mei tot de vorst. De 'juwelen van de zomer', zoals ze vroeger werden genoemd, kun je prima planten in de volle grond. Maar het beste pronkt de Petunia in hangmanden, bakken en potten. Dat geeft de bloemen de ruimte om als een waterval over de rand te hangen. En er valt nogal wat te showen: de plant is er met gestreepte en gestipte bloemen, met kleurverloop, een wit randje of een verfijnde tekening. En effen van hagelwit tot karmozijn, diepblauw paars en bijna zwart. Petunia heeft het allemaal in huis, in enkele en dubbele bloemen.
HERKOMST
Petunia hoort bij de nachtschadefamilie en groeit in het wild in Zuid-Amerika. Daar zijn 35 verschillende soorten te vinden, vaak opmerkelijk schrieler dan de Petunia die je bij kwekerijen, bloemisten en tuincentra koopt. De eerste Petunia kwam in 1823 naar Europa. Deze witte Braziliaanse kreeg niet lang daarna gezelschap van lila en dieprode Argentijnse soorten. Uit deze oervormen is de Petunia op jouw terras voortgekomen.
TRIVIA
-
De Petunia kreeg in 1789 haar naam van de Franse botanicus Antoine Laurent de Jussieu (1748-1836). De plant is verwant aan Nicotiana, bekend van de tabaksplant en Pétun was destijds het plaatselijke woord voor tabak.
-
De Amerikaanse kunstenares Georgia O'Keeffe brak in 1925 door met een petuniaschilderij. Ze had paarse en blauwe petunia's geplant bij haar zomerverblijf aan Lake George en was er zo verliefd op dat ze de bloemen vastlegde in sensuele close-ups die een sensatie werden.
-
De Petunia maakt deel uit van de nachtschadefamilie (Solanaceae). Deze familie bevat veel giftige planten maar ook goede bekenden als de aardappel, de aubergine, paprika en de tomaat.