Appelboom

Uit witte bloesems groeien blozende vruchten

Knoestige stam, brede kroon met groene blaadjes, witte bloesems die als sneeuw naar beneden dwarrelen én een sappige oogst: zelfs Eva vond de appelboom al onweerstaanbaar.

Kleuren en vormen

Sierappels, handappels, moesappels, ze beginnen allemaal met een prachtige appelboom (officiële naam: Malus). Die bloeit van half april tot eind mei met mooie witte bloesems die een geel hartje hebben. Het groene blad komt gelijktijdig aan de takken. Gekweekte appelbomen worden meestal niet hoger dan 4,5 meter. Vaak blijven ze kleiner, zodat ze ook in een pot, bak of kuip kunnen groeien. In het wild kan een appelboom wel negen meter worden. De vruchten van de appelboom zijn, afhankelijk van de soort, heel zoet of zoetzuur. Ze groeien tijdens de zomer, rijpen in de nazomer en worden in het vroege najaar geplukt.

Herkomst

Appelboom hoort bij de malusfamilie, een groep van kleine loofbomen en struiken. Hij groeit overal in de gematigde streken van het noordelijk halfrond en is zeer geliefd. Appels werden 10.000 jaar voor Chr. Al in het wild verzameld, de teelt begon in het Nabije Oosten, zo'n 4000 jaar voor Chr. Waarschijnlijk is de appel langs de oude zijderoute verspreid. Appels – koel bewaard, gedroogd, gewekt – zijn al duizenden jaren een belangrijke bron van voedsel voor mensen, vooral in de winter. De eetbare handappel van nu komt voort uit wilde appelrassen die in Centraal-Azië zijn veredeld. Daar is in Kazachstan ook nog de zoete wilde appel te vinden waar het allemaal mee is begonnen: Malus sieversii, plaatselijk bekend als de shakar appel. De Romeinen verspreidden door hun veldtochten de appelboom door West-Europa. Er zijn inmiddels zo'n 7500 cultivars.

Trivia

  • Adam en Eva, Wilhelm Tell, Sneeuwwitje, appels komen voor in veel verhalen, sprookjes en legendes, van Griekse mythen tot de Noorse Edda-sagen.
  • Symbolisch is het meestal de 'vrucht van de kennis' die bewustwording teweegbrengt.
  • Een béétje monarchie heeft tussen de regalia (kroonjuwelen) een rijksappel zitten. Die stelt in dit geval de wereld voor, die de vorst figuurlijk in zijn hand houdt.