Kleuren en vormen
Bij Anigozanthos moet je twee keer kijken om je ogen te geloven, zo'n surrealistische huisgenoot is het. Uit een rozet van spitse, smalle groene bladeren groeien vertakte bladloze stengels. Bovenaan de stelen vind je grillige buisjes in rood, geel, oranje of roze. Niet één is identiek aan de ander en de buisjes hebben ook nog eens haartjes, zodat ze er fluwelig uitzien. Aan het uiteinde van ieder buisje zit een bloem die in zes bloemblaadjes uiteen waaiert.
Symboliek
De naam Anigozanthos komt van het Griekse 'anises' (ongelijk) en anthos (bloem). De vorm van de plant bepaalt de symboliek, hij staat voor individualiteit en uniekheid. De roodgroene variant is het bloemembleem van West-Australië.
Herkomst
Anigozanthos of kangoeroepoot komt uit Australië, de bloemen lijken op de voorpootjes van het dier. In het wild groeit de plant vooral in het zuidwesten, in de zeer droge omgeving van Shark Bay en Mount Baker. Daar kan Anigozanthos wel twee meter worden, maar de gekweekte versie houdt het wonder from Downunder een hanteerbaar en compacter formaat. Van de kangoeroepoot zijn sinds 1792 twaalf soorten gevonden. De kweekversie arriveerde rond 1803 in Europa in de vorm van zaadjes die met de Nicolas Baudin expeditie naar Frankrijk waren gekomen. Ze werden opgekweekt in de beroemde kassen en tuin van keizerin Joséphine in Malmaison. Het is een makkelijke woonplant die zo goed als onderhoudsvrij is en vrijwel non-stop bloeit.