Als je op zoek bent naar een instant zomergevoel, dan is mini-petunia (Calibrachoa) de ideale tuinbloeier. De plant is verkrijgbaar in tinten van rood, oranje, geel en roze tot wit en dieppaars, en wordt zowel in één kleur als gemengd aangeboden. Door de manier van groeien is mini-petunia heel geschikt voor hangmanden, balkonbakken en potten, al doet hij het ook prima in borders tussen bodembedekkers. De bloemen kruipen dan overal tussendoor. Het is een enthousiaste groeier die zijn stengels breed laat hangen. De trompetvormige bloemen lijken een beetje op die van de hangpetunia, maar zijn een slagje kleiner en net wat beter bestand tegen het wispelturige weer van het vroege voorjaar.
Non-stop nieuwe bloemen
Mini-petunia is lid van de nachtschadefamilie en wordt 20-30 cm hoog en maximaal zo'n 60 cm in doorsnee. De plant is inheems in Zuid-Amerika, waar hij groeit in een strook van zuid-Brazilië tot Peru en Chili, op grasland en tussen het struikgewas. Er zijn 28 soorten van bekend. Goed verzorgd blijft de plant van april tot en met oktober bloemen produceren. Als tuinbloeier trekt mini-petunia vlinders aan, de plant is bovendien makkelijk in de omgang. Uitgebloeide bloemetjes drogen in en vallen er vanzelf af of worden door nieuwe overwoekerd, zodat je ze niet hoeft te verwijderen.
Mini-petunia trivia
● De Latijnse naam Calibrachoa komt van Antonio de Caly Bracho, een 18de eeuwse Mexicaanse botanist en farmaceut die de plant het eerst beschreef.
● In Zuid-Amerika wordt mini-petunia ook wel Campamillón genoemd, een samentrekking van 'miljoenen klokjes' (campanilla millón).