De Cordyline, ook bekend als koolpalm, komt voor in kleine maatjes om in groepsverband te gebruiken en in grotere maten om solo op het balkon of terras neer te zetten. De mooie bladkleur combineert mooi met de felle kleuren van vaste planten of eenjarigen, of kies juist voor meer ton-sur-ton kleurencombinaties. Na een paar jaar kan de Cordyline een flink formaat aannemen, waarbij de rozet dan min of meer op een stammetje komt te staan. De meest voorkomende exemplaren zijn ‘Red Star’ (rood blad) en ‘Verde’ of ‘Peko’ (groen blad). Ook is er de bontbladige Cordyline australis ‘Variegata’. De planten zijn het beste te gebruiken als een kuipplant die in de winter vorstvrij moet overwinteren en van maart tot november buiten kan staan.
Herkomst
De Cordyline komt oorspronkelijk uit Nieuw-Zeeland en Australië. De tweede naam, ‘australis’, verklapt eigenlijk al zijn herkomst. Cordyline behoort tot de familie van de Asparagaceae waar ook Dracaena en Yucca bij horen. De plant lijkt misschien op een palm, maar heeft daar qua familie eigenlijk niets mee te maken.
Trivia
-
Cordyline lijkt qua plant erg op Dracaena, maar de wortels verschillen: Cordyline heeft knolvormige verdikte wortelstokken en witte wortels. De wortels van Dracaena zijn geel of zelfs oranjeachtig.
-
Wel eens in Groot-Brittannië of Ierland geweest? Daar zie je Cordyline vaak in tuinen door zijn aantrekkelijke kleur, tropische uitstraling en gemakkelijke verzorging.